Dubbele samentelling van schenkingen
Vader en moeder zijn getrouwd en schenken hun dochter in maart 2022 samen een bedrag van
€ 5.677. In mei 2022 overlijdt vader en laat zijn dochter € 200.000 na. Moeder erft veel meer en schenkt haar dochter in december 2022 nog eens € 150.000. De schenkvrijstelling eigen woning is door ouders en dochter al in een eerder jaar benut. Nu kennen we twee ficties in de Successiewet. In artikel 12 staat dat schenkingen binnen 180 dagen voor overlijden moeten worden opgeteld bij de nalatenschap. Ten tweede moet je op grond van artikel 28 alle schenkingen van een ouderpaar in een kalenderjaar bij elkaar optellen. Wordt dat dan niet dubbelop?
Dat zou je kunnen menen, maar dat is toch niet het geval. De helft van de schenking in maart, die aan vader kan worden toegerekend (50% van € 5.677 = € 2.838), was bij de schenking belastingvrij. De dochter moet deze op grond van artikel 12 ook in de aangifte erfbelasting aangeven. Dat leidt in elk geval tot een finale heffing van 20%. De betaalde schenkbelasting kan daarbij worden verrekend. Die was nihil, totdat moeder in december 2022 een tweede schenking deed. Dochterlief moet over 2022 aangifte schenkbelasting doen, beide schenkingen samen minus de jaarvrijstelling worden dan belast voor € 150.000. Dit levert een aanslag schenkbelasting op van € 16.957. Een evenredig deel hiervan (2.838/155.677) kan worden verrekend met de betaalde erfbelasting.
Een hele exercitie, maar het komt erop neer dat over vaders deel en over een stukje van de schenking van moeder uiteindelijk 20% wordt verschuldigd. Beide ficties worden dus naast elkaar toegepast. Zie goed dat de schenking van moeder en de nalatenschap van vader bij de dochter in hetzelfde jaar niet worden samengesteld. De ficties zien daar niet op.
Tip
Houd – ook in het overlijdensjaar – rekening met de samentelficties in de Successiewet. Vaak is het handig om de schenkingen te temporiseren.
Bron: Fiscount